‘Aanraken doet leven’ Kinderen die elkaar masseren en/of gericht aanraken, slaan elkaar
niet. Uit recente onderzoeken wordt duidelijk, dat kinderen die te weinig of
alleen liefdeloos worden aangeraakt, slechter groeien, minder goed leren, kwetsbaarder
zijn voor ziekten, zich minder in anderen kunnen inleven en eerder
slachtoffer worden van seksueel misbruik. Onvoldoende
huidcontact kan leiden tot onrust, verdriet of angst. Leren is het in je
opnemen van de wereld. Dat doe je niet alleen met je verstand. Het lichaam en
je emoties vormen een geheel met het mentale systeem. Wie onvoldoende
gelegenheid krijgt nieuwe kennis via alle drie de ingangen te exploreren,
raakt gefrustreerd en gestresst. īMijn eerste ervaring met massage heeft een
diepe indruk nagelaten. Als jonge moeder zocht ik naar een behandeling voor
mijn baby, die zich motorisch niet goed ontwikkelde. Toen mijn zoontje vijf
maanden oud was, kon hij zich niet omrollen, terwijl hij daar toch zijn
uiterste best voor deed. Ook kreeg hij niet voor elkaar zijn duim in zijn
mond te houden. Telkens als hij hem kwijtraakte, sloeg hij met zijn handje in
de richting van zijn hoofd en zocht krampachtig naar zijn mond.Gelukkig
leefde ik toen op Aruba, waar men veel meer op de hoogte was van massagetechnieken
dan hier. Ik kreeg de raad hem te helpen ontspannen door licht drukkend met
de vingertoppen kleine cirkelvormige bewegingen onder zijn voetzolen te
maken. Een behandeling die nog geen minuut duurde. Toen ik hem daarna
neerlegde, rolde hij zich tot mijn verbazing moeiteloos om en stak tevreden
zijn duim in zijn mond om hem daar voorlopig niet meer uit te halen! Ten
minste zo belangrijk is, dat kinderen elkaar leren masseren. Hierbij gaat het
niet om het manipuleren van de spieren, maar om het leren omgaan met
aanraking en om het stimuleren van de huid, waardoor kinderen gevoel krijgen
voor kwaliteit, zowel in datgene wat zij geven als in wat zij ontvangen. Op
die manier komen kinderen thuis in hun lijf, leren hun lichaamsruimte in
bezit te nemen, grenzen af te bakenen en beschermen en vragen om wat zij
nodig hebben. Masseren is tweerichtingsverkeer met een zender en een
ontvanger. Bij onderlinge kindermassage is gelijkwaardige uitwisseling heel
belangrijk. Sommige kinderen groeien op als kleine prinsjes met een flinke
staf personeel. Als alles om hen draait, leren zij niet dat dienstbaarheid en
respect wederkerige begrippen zijn. Het masseren van een ander en de ervaring
dat je die een plezier kan doen, is dan ook net zo waardevol als gemasseerd te
worden. Via de huid voeren wij namelijk een uiterst subtiele vorm van
communicatie. Die communicatie gaat aan het spreken vooraf en speelt daar
altijd op de achtergrond in mee. Onderlinge kindermassage is maar een kleine
bijdrage in het proces van verbondenheid, maar wel een belangrijke. Bovendien
is het eenvoudig te leren en kost het weinig tijd. Een paar keer per week
enkele minuten zijn voldoende. Het geeft kinderen de mogelijkheid om de
eenheid met elkaar te ervaren, om emoties te delen, om voor jezelf en elkaar
te zorgen. Als bijkomend voordeel wordt het immuunsysteem van de kinderen
sterker, behouden zij via huidsignalen contact met oercommunicatie, neemt
stress in de klas af, neemt het leervermogen toe en zijn de kinderen minder
agressief. Uit Zweden, waar men al enkele jaren op vrijwel alle
kinderdagverblijven en scholen dagelijks enkele minuten uittrekt voor
onderlinge massage, komt het bericht dat kinderen die elkaar aanraken,
respect voor elkaar ontwikkelen. Leerkrachten en kinderbegeleiders zeggen
daar: "Kinderen die elkaar masseren, slaan elkaar niet". Peuters
masseren
Liedje:
Kevertje,
kevertje kriebelpoot De
ouder of verzorger zegt het versje op en kriebelt zachtjes over het lijfje
van de peuter Ze laat een andere peuter meedoen. En let daarbij op, dat het
er zachtzinnig aan toe gaat. Houd rekening met de motorische mogelijkheden
van uw peuter. Kleuters
en jonge schoolkinderen:
Twee
kinderen zitten op hun knieën met hun gezicht naar elkaar toe en zij spelen
voor wasstraat. Een derde kind speelt voor auto. De auto vraagt om een
wasbeurt. De kinderen van de wasstraat vragen: "afspoelen, inzepen of
waxen?". Bij afspoelen trommelen de vingers, bij inzepen worden er zacht
strelende bewegingen gemaakt en bij waxen wordt er stevig gewreven. Het kind
dat de auto speelt, geeft nu telkens aanwijzingen waardoor het kan kiezen wat
het prettig vindt. Ook mag het zeggen wanneer het genoeg is.Tot slot blazen
we de auto lekker droog. Dit was een voorpublicatie uit Samen Masseren, door
Marijke Sluijter, hoofdredacteur van het opvoed- en onderwijstijdschrift
Educare. Uit: Ode, december/januari 2002 |